Tussen onze muren zat een lege ruimte van zo'n 8 cm. Op diverse plaatsen was een gat in de voeg geboord en met een speciale camera-op-een-steeltje werd gekeken of de spouw schoon en droog was. Dat was gelukkig het geval.
Een paar weken later arriveerde er een busje vol oude mannen (de jonge goden waren kennelijk op) die twee dagen lang zo ongeveer elke meter een gat boorden in onze buitenmuren.
Omdat ik niet goed tegen lawaai kan ben ik 'm al snel gepeerd.
De poezen waren in uiterste staat van ellende, want die konden nergens heen.
|
Gaten boren |
|
|
De gaten zolang even afgedicht met een pluk glaswol |
|
Een slurf in het gat waardoor de glaswolvlokken erin geblazen worden |
|
Nog meer gaten boren |
|
De compressor met de slang voor de vlokken |
|
|
Glaswol ging als groot compact blok erin en kwam er als vlokken uit |
|
Opgevuld, lekker warm! |
|
Helemaal boven konden ze niet met de ladder komen, dus daar ging van binnenuit, met de slang door het raampje |
|
En weer de slurf in de gaatjes | | |
|
|
|
|
Gaatjes dichtgemaakt, en klaar |
|